Boetebeding Geheimhouding

boetebeding geheimhoudingBij bedrijfsoverdracht is het gebruikelijk om al in een vroeg stadium geheimhouding te regelen. Dit door het tekenen van een geheimhoudingsverklaring, voorafgaande aan de eerste informatie-uitwisseling over de bedrijfsovername. In de geheimhoudingsverklaring is dan vaak een boetebeding geheimhouding opgenomen:

“Ondergetekende aan Bedrijf een onmiddellijk opeisbare en niet voor rechterlijke matiging in aanmerking komende boete verbeurt van € 25.000 (zegge vijfentwintig duizend Euro) voor elke overtreding van het hiervoor bepaalde, onverminderd het recht van Bedrijf om de werkelijk geleden schade te vorderen, indien die hoger mocht blijken dan € 25.000″

Doorhalen Boetebeding Geheimhouding

Een boetebeding geheimhouding roept soms nog wel wat vragen op. De neiging bij de aspirant koper van een bedrijf bestaat om te verzoeken om deze door te halen. Dus: niet van toepassing te laten zijn. Toch is een dergelijke voorziening wenselijk en nodig. Professionele dienstverleners voor bedrijfsovername onderschrijven dit belang!

Schade en schadeplicht zijn reeds in de wet geregeld. Als door het handelen van een aspirant-koper de verkoper (vermogens)schade leidt kan de aspirant-koper hierop worden  aangesproken. Om dat te regelen is er geen boetebeding geheimhouding nodig. Echter: de uitvoerbaarheid in rechte lijkt dan erg lastig, zo niet onmogelijk.

De juridische praktijk bij schending van de geheimhoudingsverklaring zal, naar verwacht, zijn dat de invordering van de €25.000 niet zonder rechterlijk vonnis uitvoerbaar is. De (rechts)persoon die de geheimhoudingsverklaring heeft getekend (en wordt aangesproken op vermeende schending), heeft alsnog altijd de gelegenheid zich -in rechte- hiertegen te verweren.

Strekking Boetebeding Geheimhouding

De strekking van het boetebeding geheimhouding is: in het geval dat er dan een nadelig vonnis gewezen wordt hoeft niet nog een tweede procedure gevolgd te worden over de hoogte van de schade.

Het ontbreken van een boetebeding geheimhouding zou betekenen dat een dergelijke ingewikkelde rechtsgang het voor belanghebbende praktisch gezien onmogelijk maakt om iets te stellen tegenover opzettelijke en aantoonbare schending.

Als voorbeeld: stel een ontvanger van de vertrouwelijke informatie plaats deze op zijn website. Dat lijkt een overduidelijke schending van de plicht tot geheimhouding. Maar: zonder boetebeding geheimhouding is er dan eigenlijk voor deze ontvanger nog niets aan de hand. Want de juridische vraag is dan: wat is eigenlijk het (vermogensrechtelijk nadelige) gevolg voor de belanghebbende (verstrekker)? Is er dan wel sprake van schade? En hoeveel is dat dan? Dat op zich is dan een onmogelijke opgave om daarvoor -in rechte- de juiste bewijslast aan te dragen.

Kortom, zonder boetebeding biedt (praktisch gezien) de GHV geen enkele bescherming tegen opzettelijke schending.

Boetebeding in de praktijk

Verder is het opnemen van een boetebeding geheimhouding zeker niet ongebruikelijk. Lees maar eens op de gespecialiseerde rechtswinkel op het gebied van Technologie, Media en Communicatie. Of bekijk het standaard voorbeeld op Accountants Online.

Sterker nog: eigenlijk is het ongebruikelijk om geen boetebeding geheimhouding op te nemen.

Overigens zijn praktische problemen een uitzondering. En bij bedrijfsoverdracht wordt deze geheimhoudingsverklaring vaak gewoon geaccepteerd en ondertekend.  Dit leidt zelden tot een meningsverschil of juridische procedure.

Een boetebeding geheimhouding is dus vooral geen blijk van onvoldoende vertrouwen. Maar het maakt wel duidelijk dat de beschikbare informatie bij bedrijfsoverdracht met juiste zorg voor vertrouwelijkheid moet worden behandeld.

©BBO&F